top of page
Search
Anne Wislez

Voortschrijdend inzicht

Updated: Oct 10, 2019

'Hoedje af voor wat je doet’, zegt de Belgische vriend die we ontmoeten in hartje Amsterdam. De vriend runt, samen met vennoten, een bankfiliaal in de buurt van waar ik woon. Zelf wordt hij al lang opstandig van wat er in de bankwereld gebeurt, maar hij blijft er vooralsnog. Omdat hij ten dienste wil staan van mensen, zegt hij hartstochtelijk, niet omdat hij grof geld wil verdienen. Maar het is vechten tegen de bierkaai, geeft hij toe. Want de mentaliteit binnen de bankwereld is niet fris. ‘Ik vind het knap hoe je de rug kan keren aan een job die je in wezen graag doet. En financieel een groot risico neemt door niet meteen een alternatief voorhanden te hebben. Ik zou willen dat ik het durfde, maar dat lukt me nog niet.’

Ik voel dat ik diep in mezelf moet nagaan wat ik echt te doen heb. En dat ik me vooral niet mag laten aansturen door angst.

Ik word er voorwaar wat verlegen van. Op zich vind ik het niet zo vreemd wat ik doe. Het hoort gewoon bij me op dit moment. En ik ben het al jaren gewend om mijn gevoel te volgen in mijn professionele leven. Het heeft me tot dusver van burnouts en andere calamiteiten gevrijwaard, en vooral als mens doen groeien. Ik heb al eerder sabatjaren genomen zonder te weten waar ik naartoe ging. En in het verleden heb ik vaak niet geweten waarmee ik mijn volgende maandloon zou verdienen. Heel wat zelfstandigen in mijn sector kennen dit. Maar het klopt, in het verleden had ik inderdaad een erfenis gekregen waardoor je weet dat er back-up is. Nu is dat geld er niet meer. En mijn partner leeft grotendeels van donaties. Dat maakt het inderdaad heel spannend, knik ik.


Bovendien voel ik vanbinnen dat het deze keer niet aankomt op hard werken. Ik moet diep zakken in mezelf om te voelen wat ik echt te doen heb. Angst mag geen drijfveer zijn. Ik mag me niet laten leiden door een verlangen naar zekerheid. En ja, dat is inderdaad niet zo eenvoudig, geef ik toe terwijl we naar een koffiebar lopen. Maar ik heb geen kinderen, dat maakt veel uit, zeg ik nog. Als ik moet leven van boterhammen met choco, dan doe ik dat enkel mezelf aan. Dat maakt een wezenlijk verschil met wie verantwoordelijk is voor een kroost. Maar verder is het ook voor mij afwachten wat het wordt.


En toch klopt het. Het klopt om het werk te verlaten dat me het gevoel gaf vast te lopen en mijn inspiratie en creativiteit te beknotten. Een gekke gewaarwording, aangezien ik concreet nog nooit zoveel vrijheid had ervaren in een job dan in mijn laatste. Tenminste, vrijheid van staan en gaan; of ik nu thuis werkte, op de redactie of in een of ander café, alles kon. Vertrouwen krijgen van je bazen is een mooie zaak. Vrijheid van schrijven ook, want niemand censureerde me en ik kon ideeën de wereld in sturen die mijn vorige werkgevers niet relevant vonden, of ‘(nog) niet interessant voor het doelpubliek’. Ik kan het niet helpen. Mijn neus vangt subtiele vibes op die nog niet in je gezicht staan te schreeuwen. Maar ik ben daarin niet alleen, merk ik. In tegendeel. Als ik om me heen kijk, zie ik dat er heel wat Neuzen opstaan – gevoelige mensen die aan hun theewater aanvoelen dat we een niet zo gezonde kant uitgaan met z’n allen en die alternatieven willen bedenken, voor het te laat is. De kanaries in de mijn. In Psychologies mochten die Neuzen spreken. Dat leek me een goeie zaak.

En toch die beperking. Beperking van middelen in een bedrijfswereld die steeds meer bespaart, omdat dat het enige alternatief lijkt. Beperking van mensen in een sector, die eigenlijk een legertje aan wakkere mieren nodig heeft om de digital age gestalte te kunnen geven. Beperking van geloof in het maatschappelijke belang van het blad dat we maakten, de noodzaak om een platform uit te bouwen dat mensen informatie, inspiratie en ondersteuning kan bieden om een beetje goed gezind, solidair en psychisch gezond door deze bizarre tijden heen te walsen. Geen geloof ook in het gegeven dat er best wat bedrijven en organisaties bestaan die zo’n platform financieel willen ondersteunen, om de eenvoudige reden dat ze zelf deel willen/kunnen zijn van de oplossing, en dat we samen een verhaal te vertellen hebben.

‘Het is alsof je de gaspedaal induwt en tegelijk remt’, omschreef een vriend het en zo voelde het inderdaad. Het is weten dat het anders kan, maar tegelijk voelen dat je in een systeem vastzit dat niet werkelijk durft te vertrouwen in een andere koers.

Beperkingen die maakten dat ik het gevoel kreeg dat mijn vleugels afgesneden werden en ik tegelijk enthousiast aangespoord werd om te vliegen. ‘Het is alsof je de gaspedaal induwt en tegelijk remt’, omschreef een vriend het en zo voelde het inderdaad. Het is weten dat het anders kan, maar tegelijk voelen dat je in een systeem vastzit dat niet werkelijk durft te vertrouwen in een andere koers. Het is beseffen dat je niet verder je tijd en energie kan steken in een schip dat stilletjes aan het zinken is – en je zelf, uitgeput, zal meenemen in zijn burnouterige val. Het is voelen dat je nu grenzen moet trekken, nu je de energie nog voelt bruisen om een nieuw vlot te bouwen. Want als de hoop, goesting en drive je vergaan zijn, is het te laat. Het is ook inzien dat je als volledige team (topfuncties incluis) aangesloten moet zijn op hetzelfde denk- en voelveld wil je werkelijk iets vernieuwends kunnen neerzetten.


Maar het lijkt me vrij nutteloos om anderen te verwijten dat zij me beknotten. Als je bedrijf niet dezelfde koers wil uitvaren als jij, dan is dat zo. Zeker als je dat openlijk met elkaar kan bespreken. We zien de toekomst anders and so be it. Maar dan moet je verder. Op zoek naar wegen die je het wel mogelijk maken om je eigen weg voluit te gaan.


So off I go. To boldly go where I have never gone before. ;-) Zo voelt het een beetje. Zonder vastgelegd plan, behalve het plan om mijn lijf te laten creëren wat het wil creëren. Niet vanuit mijn creatieve denken, niet vanuit mijn hoofd, maar vanuit een heel andere plek dan ik tot nu toe gecreëerd heb. Omdat ik voel dat dit nu aan de orde is. Er is een switch gaande in de wereld, en die vraagt om een bewuste kentering. Ook in mezelf.

Ik neem je via deze blog graag mee in dit creatieproces. Geen uitgestippelde weg, maar een groeiende ervaring, een weg van voortschrijdend inzicht.

Ik neem je via deze blog graag mee in dit creatieproces. Geen uitgestippelde weg, maar een groeiende ervaring, een weg van voortschrijdend inzicht. Omdat ik weet dat er meer in ons zit – plus est en vous, wie zei het ook alweer? En omdat ik weet dat we samen tot veel meer in staat zijn dan we nu al (durven) neerzetten. Bold is het woord dat al een tijdje in me opkomt. Bold van stoutmoedigheid en durf. Bold van moed, courage, en dus hart, zoals de Latijnse stam ‘cor’ verraadt. De moed om luidop te durven uitspreken wat we vanbinnen deep down denken. De moed om onze eigen weg te gaan, zonder ons onderweg duizend keer te verontschuldigen tegen iedereen die dit inconvenient of 'toch maar wat vreemd' vindt.


‘Ik kan je niet helpen de weg te vinden die je moet bewandelen’, zei een wijze man me niet lang geleden. ‘Die weg bestaat namelijk nog niet. Want jij bent zelf de weg.’ Een mysterieuze zin die ik sindsdien zit te herkauwen en verteren. Ik-ben-de-weg. Dat klinkt een beetje weirdo Messiaans, krab ik me in de haren. Ergens kan ik wel begrijpen dat door je eigen weg te lopen, je die ene weg uitgraaft, waardoor hij opeens ook helderder wordt voor anderen. Iedereen opent op die manier wellicht een stukje weg voor wie erdoor geïnspireerd wil worden. Maar welk stuk van de jungle heb ik open te kappen?

‘Met je hoofd zal je het niet vinden’, zei die wijze man nog. ‘Luister naar waar je lijf heen wil.’ Dus zal ik dat maar doen. 'Op dit moment wil mijn lijf naar de koffiebar', zeg ik grinnikend tegen de vriend en we lopen vrolijk de zaak binnen. ‘Goh, als je niet meer weet waar je heen moet, wij hebben altijd nog een logeerkamer’, knipoogt hij nog. Ik zie de schittering in zijn ogen en weet op dat moment dat, whatever happens, het allemaal goed komt.





259 views0 comments

Recent Posts

See All

Comments


bottom of page